The Wolf of Wall Street begint als een aaneenrijging van geniale gesprekken en licht absurde dialogen, aan elkaar gepraat door een heerlijk laconieke Leonardo DiCaprio. Het voice-over narratief zit goed verweven in de film. Daarna worden de fantastische gesprekken afgewisseld door over the top feesten, groteske monologen en andere bizarre situaties.

Ik vreesde even de 180 minuten speelduur, maar dit werkt juist in het voordeel van de film. Er is voldoende tijd om een bizar gesprek op touw te zetten, zoals dat tussen DiCaprio en McConaughey aan het begin. Voor alle details en subtiliteit zou binnen een reguliere speelduur geen tijd zijn.

De film bevat teveel briljante scènes en situaties om op te noemen maar qua slapstick is de drugs-scène (met de Lamborghini) toch wel het hoogtepunt. Scorsese weet dit fantastische script ook geweldig tot leven te brengen met allerlei visuele kwinkslagen zoals slowmo’s en personages die in gedachten met elkaar praten (zoals met de Zwitserse bankier).

Niet alleen is het geweldig geschreven en geregisseerd, maar ook het acteerwerk is van topklasse. Naast wederom een heerlijk excentrieke rol voor McConaughey (dat kapsel!!) blijkt Jonah Hill veel meer te kunnen dan de pipikakafilms die hij tot nu toe maakte. Hoewel hij af en toe behoorlijk op de irritatiegrens balanceert, was ik onder de indruk van zijn acteerwerk. Maar met name DiCaprio steelt de show. Die man heeft over 20 jaar de status die DeNiro en Pacino nu hebben.

Het is echter geen perfecte film. De parallel met Goodfellas is gauw gemaakt. Boef werkt zich – ook met een voiceover – op en gaat onderuit. Maar waar bij Goodfellas de spanning op een gegeven moment voelbaar was, ontbreekt dat hier een beetje. Na een geweldige “rise” is de “fall” niet zo indrukwekkend en daardoor is de film lichtelijk uit balans. Om nou te zeggen dat het eerste gedeelte van de film louter een opstapeling van overthetop scènes was? Eigenlijk wel, maar toch voelt dat niet zo, want daarvoor was het te leuk.

Moreel is de film dubbelzinnig. De excessen van de nouveau riche en de drugshype in de late 80’s worden te kakken gezet – en zeker niet verheerlijkt, zoals sommige recensenten menen – maar aan de andere kant werkt de film erg aanstekelijk en zelfs, stiekem, een beetje inspirerend.

De beste film van 2014. Er moet wel iets heel bijzonders gebeuren wil dat veranderen.

5 sterren

88813

Categorieën: Filmreview

2 reacties

Rush (2013) – You can’t say that, it’s a Ferrari! « Filmreview « ArnaudSprenger.nl · 15 april 2014 op 09:19

[…] deed het me denken aan de film The Wolf of Wall Street waarin gevallen multimiljonair Jordan Belfort eigenlijk een beetje voor schut wordt gezet, net als […]

Wall Street: Money Never Sleeps (2010) – Too little, too late « Filmreview « ArnaudSprenger.nl · 17 februari 2015 op 10:37

[…] Sheen als A-lister en het adagium “greed is good”. Daarbij liep de film ver vooruit op The Wolf of Wall Street, die vooral in retrospectief de ongebreidelde hebzucht uit de jaren 80 aan de kaak stelt (en op de […]

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *